Welkom bij Distrivers
Auteur: Miranda Muis

Salade met gerookte makreel
Ingrediënten
- 200 ml Griekse yoghurt
- 3 el citroensap
- 2 el wijnazijn cider honing
- 1 tl suiker
- 200 gram Romeinse sla, losse blaadjes
- 1 komkommer, in blokjes
- 1 groene appel, in blokjes
- 1 bos radijsjes (16 stuks, dunne plakjes)
- 250-300 gram gerookte makreel, in stukjes, zonder graat
- 15 steeltjes bieslook, fijngehakt
- zout en peper
Instructies
- Klop in een kommetje de yoghurt met citroensap, azijn, suiker en een snufje zout en peper tot een dressing. Meng in een grote kom de sla met komkommer, appel, radijs, makreel en bieslook. Schep op 6 borden, sprenkel wat dressing erover en serveer het met bijvoorbeeld wat geroosterd brood. Zet de overgebleven dressing op tafel in een bakje.
Auteur: Miranda Muis

Salade met gerookte kip
Ingrediënten
- 300 gram sla melange
- 24 cherrytomaatjes
- 500 gram gerookte kip
- 250 gram spekblokjes
- 300 gram mozzarella balletjes
- 3 Granny Smith appels
- 150 gram walnoten
- 50 ml balsamicoazijn
- 50 ml olijfolie
Instructies
- Bak de spekjes in een droge koekenpan krokant en laat ze op een keukenpapiertje uitlekken en afkoelen. Snijd de appel in kleine stukjes en de cherrytomaatjes doormidden. Snijd de gerookte kip in plakjes en laat de mozzarella balletjes even uitlekken. Verdeel de sla over zes borden en verdeel daarna de rest van de ingrediënten, behalve de walnoten, erover. Meng de balsamicoazijn en olijfolie voor de dressing in een kommetje en besprenkel de salade hiermee. Maak het af met wat walnoten.
Auteur: Miranda Muis

Eiwitrijke doperwtensoep
Ingrediënten
- 2 uien
- 600 gram aardappelen
- 1200 ml kippenbouillon
- 750 gram diepvries doperwten
- 50 gram rode linzen
- 6 plakken parmaham
- 6 soepstengels
- 1 bos munt
- 125 gram crème fraîche
- 1,5 limoen
- scheutje olijfolie
Instructies
- Snipper de ui en snijd de aardappel in blokjes. Verhit een scheutje olie in een pan en fruit de ui. Voeg de aardappelblokjes toe en bak kort mee. Rits de tijm boven de pan en schenk de bouillon erbij. Breng de bouillon aan de kook en gaar hierin de aardappelblokjes in circa 5 minuten. Voeg de doperwten toe en kook op laag vuur circa 2 minuten mee. Kook de rode linzen in een aparte pan in ruim kokend water met een beetje zout net gaar.
- Pureer de bouillon met aardappelblokjes en doperwten met een staafmixer en breng op smaak met versgemalen peper. Rol de plakken Parmaham om de soepstengels. Pluk en snijd de munt in reepjes en meng met de crème fraîche. Rasp en pers de limoen erboven en breng op smaak met een beetje versgemalen peper.
- Schep de rode linzen in de soepkommen en schep de soep erbovenop. Schep er een eetlepel van het crème fraiche mengsel bij en leg de soepstengel met Parmaham er op.
Auteur: Miranda Muis

Breadrolls
Benodigdheden
- Plastic folie
- Snijplank
- Mes
Ingrediënten
Breadroll met eiersalade en bieslook
- 2 plakken maisbrood
- 200 gram ei-bieslook salade
- 4 gram verse bieslook
- 1 krop lollo rosso sla
Breadroll met avocado crème en rauwe ham
- 2 plakken wit brood
- 200 gram avocado
- 10 ml citroensap
- 200 gram crème fraiche
- 6 plakjes rauwe ham
Breadroll met roomkaas en groene asperges
- 2 plakken wit brood
- 200 gram roomkaas
- 12 stuks groene asperges
- 100 gram gesnipperde rode ui
Instructies
Breadroll met eiersalade en bieslook
- Snijd het brood in de lengte in plakken en verwijder de korstjes. Smeer de ei-bieslooksalade uit over de lengte van het brood en beleg met blaadjes lollo rosso en hele stengels bieslook. Rol het geheel op in plastic folie. Laat minimaal 4 uur opstijven in de koelkast en snijd de rol in plakjes.
Breadroll met avocado crème en rauwe ham
- Snijd de avocado open en schep de inhoud in een kom. Prak dit fijn met een vork en voeg de citroensap en de crème fraîche toe. Breng op smaak met peper en zout. Leg de plakjes rauwe ham dakpansgewijs op het brood en besmeer met de avocado crème. Rol het geheel op in plastic folie. Laat minimaal 4 uur opstijven in de koelkast en snijd de rol in plakjes.
Breadroll met roomkaas en groene asperges
- Blancheer de asperges in kokend water met zout en koel deze af in ijswater. Beleg het brood met de roomkaas en de ui. Breng op smaak met zout en peper en verdeel de asperges. Rol het geheel op in plastic folie. Laat minimaal 4 uur opstijven in de koelkast en snijd de rol in plakjes.
Auteur: Miranda Muis

Smoothies
Benodigdheden
- Blender
Ingrediënten
Groene smoothie
- 1 avocado
- 60 gram mango
- 1 banaan
- 30 gram gewassen spinazie
- 600 ml volle yoghurt naturel
- 240 ml kokosmelk
Bosbessen smoothie
- 325 gram blauwe bessen
- 1 banaan
- 650 ml magere yoghurt
- 5 gram cacaopoeder
Frambozen smoothie
- 175 gram diepvries aardbeien
- 125 gram diepvries frambozen
- 900 ml milde yoghurt
- 30 gram poedersuiker
Banaan-haver smoothie
- 75 gram gewassen spinazie
- 1 banaan
- 50 gram dadels zonder pit
- 300 gram griesmeelpap
- 500 ml sinaasappelsap
Instructies
Groene smoothie
- Maak de banaan, mango en avocado schoon en snijd ze in grove stukken. Doe alles bij elkaar in de blender, maal het tot een gladde massa en schenk in 6 glazen met een rietje.
Bosbessen smoothie
- Maak de banaan schoon en snijd in grove stukken. Houd wat bosbessen apart als garnering. Doe de banaan, yoghurt, cacao en bosbessen in de blender. Maal alles tot een gladde massa en schenk het in 6 glazen. Top de glazen ter decoratie af met de overige bosbessen. Serveer met een rietje en eet smakelijk!
Frambozen smoothie
- Snijd zes diepvries frambozen doormidden en gebruik deze als garnering. Laat het fruit ontdooien en doe vervolgens het ontdooide fruit, poedersuiker en de yoghurt in de blender. Maal alles tot een gladde massa en schenk het in glazen. Top af met de halve frambozen en serveer het met een rietje!
Banaan-haver smoothie
- Snijd de dadels in blokjes. Meng alle ingrediënten (behalve de dadels) met elkaar in een blender tot een smoothie. Serveer de dadels als topping op de smoothie.
Auteur: Miranda Muis

Varkenshaaspuntjes in champignonroomsaus
Ingrediënten
- 600 gram varkenshaaspuntjes
- 50 gram bakboter (voor de varkenshaaspuntjes)
- 200 gram champignons
- 1/2e ui
- 50 gram bakboter (voor de saus)
- 20 gram verse bieslook
- 150 gram koksroom
- 15 gram maiszetmeel
- 2 groentebouillonblokjes
- 250 ml water
- 900 gram romanesco
- 900 gram skin potato
- 50 gram boter
- zout, peper, nootmuskaat
Instructies
- Zet een pan water op voor de Romanesco met een beetje zout. Verdeel de varkenshaaspuntjes in porties van +/- 100 gram. Borstel de champignons schoon en snijd ze in plakjes. Doe de Romanesco in het kokende water en kook ze gaar in 15 minuten. Schil de ui en snijd hem in blokjes. Doe de boter in een koekenpan en als deze lichtbruin is, voeg de uien en champignons toe en kleur ze licht. Bak de Skin potato in een andere koekenpan goudbruin. Doe het water, groentebouillonblokje, koksroom, zout en peper ineen pan en breng aan de kook. Meng het maiszetmeel met een beetje water en bind dit in de roomsaus. Verhit de bakboter en laat deze bruin worden. Kruid de varkenshaaspuntjes en bak ze snel bruin aan beiden kanten, niet te gaar. Breng de saus op smaak met zout, peper en wat gehakte bieslook (bewaar wat hele stelen bieslook). Giet de Romanesco af en houd het warm. Kruid de Skin potato met zout. Schep de producten in schalen of schep het op borden en giet de saus over het vlees heen. Doe wat nootmuskaat over de romanesco. Garneer met de hele stelen bieslook.
Auteur: Miranda Muis
Kaiser Wetter
Ik ben een liefhebber van zomerfruit. Ik ben dan ook altijd een klein beetje verdrietig wanneer het roodfruitseizoen ten einde is, en de frambozen, kersen, aardbeien, watermeloen, nectarines, perziken, bessen en bramen de marktkraam van mijn fruitvrienden wat minder kleurig maken. Datzelfde heb ik eind juni wanneer officieel het aspergeseizoen eindigt. Toch vind ik het mooi dat we in ons land vier verschillende seizoenen kennen en dat je kunt verlangen naar het moment dat de natuur weer spinazie of frambozen geeft. Zo kan ik genieten van de kleuren van de herfst, een wandeling door de regen, de bloesem van de Japanse kers of wat ze in Oostenrijk “Kaiser Wetter” noemen (een ijskoude, maar stralend zonnige winterdag). Die afwisseling geeft het leven kleur.

U vraagt, wij draaien
In de loop van de jaren zijn we gewend geraakt aan het “U vraagt, wij draaien” principe. Wij de consument, willen asperges eten in de winter of het hele jaar door ontbijten met een hippe boerenkoolsmoothie. Vraag naar producten, zal nagenoeg altijd resulteren in een aanbod. Of we daar blij van moeten worden is een tweede. In een eerdere column schreef ik al eens dat het altijd wel ergens het juiste jaargetijde is, dus die asperges kunnen dan ook in december op tafel staan. Ze worden dan bijvoorbeeld in kassen gekweekt, waar het seizoen nagebootst wordt. Of ze komen 12000 km met het vliegtuig, uit Peru en zijn dan ongeveer zes weken oud. Dan toch liever even wachten tot het seizoen in april begint. Het tijdstip waarop de overheerlijke verse broertjes en zusjes in Limburg uit de volle grond worden geoogst. Dat scheelt bovendien zo’n slordige 112 MJ/kg aan energieverbruik voor het transport uit Peru.
Vollegrond
Volle grond groente zijn alle groentesoorten, die niet in een kas, maar buiten in de grond worden geteeld. Een onderzoek voor de Consumentenbond “Milieueffecten van sperziebonen en spinazie. Een vergelijking tussen vers, conserven en diepvries: vanaf de teelt tot op het bord, 2010”, laat zien dat sperziebonen en spinazie van de Nederlandse volle grond het minste milieudruk geven. Hiervoor zijn de groentes uit Nederlandse volle grond, vergeleken met groentes uit volle grond uit Spanje, Senegal, Kenia, Duitsland en groentes uit glas, blik en diepvries. De site van Milieucentraal, laat zien hoe ingewikkeld het is om milieudruk te berekenen. Je moet rekening houden met een heleboel zaken zoals seizoen, vervoersmethode en het land van herkomst. Een kas heeft over het algemeen betere opbrengst dan volle grond, maar moet verwarmd worden. De glastuinbouw werkt ontzettend hard om circulairder te worden, maar in de winkel kun je niet kiezen uit welk soort kas een product komt. Diepvries en blik- of potgroente blijkt ondanks de energie die opslag en vervoer met zich meebrengen, een goede tweede na producten uit de Nederlandse volle grond.
Het mooiste zou zijn, wanneer we allemaal rechtstreeks onze groente bij de teler zelf gaan kopen. Dat is natuurlijk een utopie.
Voedingswaarde
Hebben zomergroentes in de winter een andere voedingswaarde? In kassen worden seizoenen nagebootst, in overzeese landen is het seizoenspatroon soms omgekeerd aan het onze, maar is het nog steeds het seizoen waarin de groentes normaliter groeien. Daarmee is het logisch dat de voedingswaarde op moment van oogsten gemiddeld genomen onderling niet zoveel verschilt. Voor diepvries, pot- of blikgroente geldt, dat ze worden geoogst op moment van volle rijpheid en vaak dezelfde dag al worden verwerkt, waarbij veel van de oorspronkelijke voedingswaarde behouden blijft. Dat kan anders zijn bij overzees geteelde producten. Immers de voedingswaarde neemt af vanaf het moment van oogsten. Niet alles kan over één kam geschoren worden. Het komt namelijk voor dat groentes die wel in overzeese volle grond geteeld worden, onrijp geplukt worden om zo te rijpen op hun weg naar de consument. Onrijpe groentes hebben natuurlijk niet dezelfde kans gehad om volledig alle voedingsstoffen op te nemen. Kleine kanttekening t.a.v. groente uit een pot of blik, is dat hier meestal zout aan toegevoegd wordt, waardoor ze ten opzichte van vers of diepvries een minder gunstige voedingswaarde hebben.
Seizoensgroente
Bij Distrivers houden we bij het samenstellen van onze menu’s zoveel mogelijk rekening met seizoenen. Zo is stamppot Boerenkool bijvoorbeeld alleen verkrijgbaar in de herfst en winter. Naast verse seizoensgroente, maken wij ook gebruik van diepvries- of soms blikgroente. In onderstaande tabel is zichtbaar welke groente in welke periode uit volle grond verkrijgbaar is.

Groente | Verkrijgbaarheid |
Andijvie | mei-oktober |
Asperges | april-juni |
Aubergine | augustus-oktober |
Bleekselderij | juli-november |
Bloemkool | juli-september |
Boerenkool | oktober-maart |
Broccoli | juni-oktober |
Chinese kool | april-oktober |
Courgette | juli-september |
Doperwten | mei-juli |
Knolselderij | jaarrond |
Koolraap | oktober-maart |
Koolrabi | mei-oktober |
Paprika | april-oktober |
Pastinaak | november-januari |
Pompoen | september-maart |
Prei | jaarrond |
Raapstelen | april-september |
Rode Biet | jaarrond |
Rodekool | jaarrond |
Savooiekool | juni-maart |
Schorseneren | september-februari |
Snijbonen | maart-september |
Sperziebonen | juli-september |
Spinazie | maart-oktober |
Spitskool | jaarrond |
Spruiten | oktober-februari |
Venkel | juni-oktober |
Winterwortel | jaarrond |
Witlof | oktober-april |
Wittekool | jaarrond |
Column door: Stephanie Slot
Voedingsdeskundige en menu-engineer bij Distrivers
Auteur: Miranda Muis
Richtlijnen gezonde voeding
In de laatste versie van de “Richtlijnen goede voeding, 2015” zijn noten vanwege hun gunstige werking opgenomen. In onderzoek is aangetoond dat noten het risico verkleinen op het krijgen van hartziekten. Ze verlagen het LDL-cholesterol (goede cholesterol). Het advies om dagelijks 15 gram (een handjevol) ongezouten noten te consumeren, is ook overgenomen in de “Schijf van Vijf”.
Wat is een noot?
Zoals vaker is er een verschil tussen de plantkundige indeling en de benamingen die consumenten gebruiken. Een plantkundige omschrijft een noot als een: “niet openspringende, eenzadige, enkelvoudige dopvrucht met verhoute vruchtwand. Dopvruchten behoren tot de droge vruchten en hebben één zaad, waarvan het steenachtige of houtachtige omhulsel bij rijpheid hard wordt.” Voor consumenten zijn alle grote oliehoudende pitten en zaden algauw een noot. Zo zijn pinda’s eigenlijk geen noten, maar peulvruchten. Amandelen behoren officieel niet tot de noten, maar tot de groep fruit. Andere voorbeelden van noten die eigenlijk geen noten zijn, maar zaden of vruchten:
- Cashewnoot
- Pistachenoot
- Macademianoot
- Paranoot
- Pecannoot
- Walnoot
Vanwege hun eigenschappen worden ze wel tot de noten gerekend. Dus een handjevol ongezouten walnoten past net zo goed binnen de “Schijf van Vijf”, als een handvol hazelnoten.
Kokosniet
Een kokosnoot is een steenvrucht, dus officieel geen noot, maar dat is een amandel ook. Amandelen rekenen we wel tot de neem-er-een-handjevol-van-noten en kokos niet, hoe zit dat? De kokosnoot bestaat voor een groot gedeelte uit kokosvet. Kokosvet is een verzadigde vetsoort. Van alle vet- en oliesoorten, bevat kokosvet het meest verzadigd vet. Verzadigd vet verhoogt het LDL cholesterol, dit is het ongezonde cholesterol. Kokos staat daarom niet in de “Schijf van vijf”.
Wettelijke allergenen
Niet voor iedereen is een handje noten per dag gezond. Noten kunnen namelijk allergische reacties veroorzaken. Naast de botanische en de culinaire indeling van noten, bestaat er daarom ook een wettelijke verplichting tot het vermelden van noten op de verpakking van levensmiddelen. De volgende soorten zijn melding plichtig: amandelen, hazelnoten, walnoten, cashewnoten, pecannoten, paranoten, pistachenoten en macademianoten. Aardnoten (pinda’s) worden apart genoemd.
Dorstige noot
Noten zijn een goed alternatief voor wie (af en toe) geen vlees eet. Gemiddeld genomen zijn noten minder belastend voor het milieu dan vlees. Wel is het zo dat het watergebruik bij het telen van noten hoog is. Daar staat tegen over dat de CO2 uitstoot van noten weer vele malen lager ligt. De minst milieu belastende noten zijn: pinda’s, walnoten en hazelnoten.
Weetjes over noten
- Walnoten zijn een bron van Omega 3 vetzuren
- Paranoten zijn een bron van Selenium
- Het woord amandel is afgeleid van het Griekse amygdala, twee amandelvormige onderdelen uit onze hersenen
- Macademia noten hebben de hardste schil van alle noten
Column door: Stephanie Slot
Voedingsdeskundige en menu-engineer bij Distrivers
Auteur: Miranda Muis
We geloven niet zomaar alles meer. Was het bij de allereerste volkstelling in 1849 nog zo, dat 95%! van de mensen gelovig was, tegenwoordig is dat cijfer drastisch gedaald naar 50%. Ondanks het feit dat steeds minder mensen geloven, vieren we nog wel de van oorsprong kerkelijke feestdagen zoals Pasen en Pinksteren.
Voor velen van ons, zijn het vrije dagen die we gezellig met vrienden en familie vieren. De oorspronkelijke betekenis van deze feestdagen hebben we ergens op de zolder van ons geheugen opgeslagen. En zoals dat gaat met dingen die op zolder liggen, happen ze stof en glijden langzaam de vergetelheid in.
Kruisiging
De oorsprong van Pasen, ligt bij het Joodse Pesach. Bij dit feest wordt herdacht, dat de Joden zich ontdaan hebben van de slavernij. De christenen zijn zich uiteindelijk meer gaan richten op de weder- opstanding en hebben er voor gekozen om Paaszondag altijd te vieren op de eerste zondag na de eerste volle maan in de lente. De donderdag voorafgaand aan Paaszondag heet Witte Donderdag en op die dag herdenken we het ‘Laatste avondmaal’. En op Goede vrijdag wordt de kruisiging van Jezus herdacht.
Paashaas
Pasen lijkt een mengeling van gebruiken. Want hoezo een haas met Pasen en sinds wanneer leggen hazen eieren? Hierover bestaan verschillende mythes. Eén ervan is die van de Duitse godin Ostara (Eostre, Ostern en Easter zijn hiervan afgeleid). Zij liet eens de lente te laat beginnen, waardoor een klein vogeltje bijna het leven liet. Ostara wilde het vogeltje redden, maar het kon niet meer vliegen. Hierop veranderde zij het in een haas. Eens per jaar op de dag dat Ostara werd vereerd kon de haas eieren leggen. Men denkt dat zendelingen in hun poging heidenen te bekeren, het verhaal een beetje naar hun hand hebben gezet, waardoor we nu de wederopstanding van Jezus herdenken én paastakken versiert met hazen en eieren op tafel hebben staan.
Hoort een ei er wel bij?
De gemiddelde Nederlander eet bijna twee dagen per week een (kippen)ei. Eieren maken onderdeel uit van de Schijf van vijf. Twee tot drie eieren per week passen in een gezonde voeding, voor vegetariërs mogen dat er 3 á 4 zijn.
Een ei van 50 gram levert gemiddeld 66 Kcal die voornamelijk uit eiwit en vet bestaan. Het vet zit met name in de dooier. Een ei bevat een heel klein beetje koolhydraten en de vitamine B12, D, A, B2, Foliumzuur plus de mineralen, fosfor, seleen, ijzer en zink.

Cholesterol
Een ei bevat ook cholesterol. Cholesterol is een vetachtige stof, die in de lever wordt aangemaakt, daarnaast krijgen we ook een klein gedeelte via onze voeding binnen. We kennen LDL (het slechte) en HDL (goede) cholesterol. Het LDL vervoert cholesterol van de lever door ons lichaam. LDL kan blijven plakken aan beschadigingen in onze vaten, die door roken, hoge bloeddruk of ouderdom ontstaan. Daardoor kunnen vaten dichtslibben. HDL vervoert het cholesterol de andere kant op, dus naar de lever toe en vandaar uit ons lichaam uit. Een ei bevat beide soorten cholesterol. De bijdrage van cholesterol in onze voeding aan het verhogen van het totaal cholesterolgehalte in ons bloed, is echter vrij bescheiden. Het verzadigd vet uit onze voeding heeft een grotere invloed op het verhogen van het LDL gehalte in ons bloed. Om het cholesterol hoef je het eitje dus niet te laten staan.
(F)eitjes & wist gEI datjes
Het ei van Columbus is een gezegde, dat dateert uit de tijd dat Columbus Amerika heeft ontdekt. Tijdens een diner beweerden tafelgenoten, dat iedereen had kunnen doen wat Columbus deed. Columbus vroeg hierop een gekookt ei en wedde met deze lieden dat het niemand zou lukken om het ei zonder hulp rechtop te laten staan. Dat lukte geen van hen. Columbus tikte met het ei op tafel, waardoor de onderkant plat werd en het ei bleef staan. Waarmee hij maar wilde zeggen, dat als het eenmaal voorgedaan is, weet iedereen hoe het moet.
Een kip legt gemiddeld iedere dag een ei. Dat betekent in Nederland zo’n 10 miljard eieren per jaar gelegd worden. Aan de kleur van het oorlelletje van een kip, kun je zien welke kleur het ei heeft wat ze legt. Een wit lelletje betekent witte eieren en een rood lelletje bruine. De kleur van de schaal zegt niets over de smaak en de voedingswaarde, die is voor beide hetzelfde.
Op ieder ei staat een stempel met een ei-code. Het ei op de foto rechts heeft bijvoorbeeld de code: 2-NL-1234567. Het eerste cijfer geeft aan hoe een kip geleefd heeft:
- 0= biologische ei
- 1= vrije-uitloopei of grasei
- 2= scharrelei of rondeel
- 3= koloniehuisvesting.

Dit nummer zal je niet aantreffen op eieren in de supermarkt, maar mogelijk wel ergens anders of in het buitenland. Dit was eerst het nummer voor kooi-ei, maar dat is vanaf 2012 verboden. De landcode spreekt voor zich, NL wil zeggen dat een ei uit Nederland afkomstig is.
De laatste cijferreeks is een bedrijfscode (5 cijfers) en de allerlaatste cijfers geven aan in welk hok de kip zit. Zo kan terug herleid worden waar het ei geproduceerd is 16,19. Alle eieren die verkocht worden aan consumenten moeten voorzien zijn van een stempel. Ook als je hobby kippenboer bent en je gaat je eieren verkopen, moet er dus een stempel op het ei staan.
Er bestaan verschillende gewichtsklassen voor eieren.
Maat | Gewicht in gram |
---|---|
S | < 53 |
M | 53 – 63 |
L | 63 – 73 |
XL | > 73 |
Een ei is vanaf dat het gelegd is ongeveer vier weken houdbaar, wettelijk is dit vastgelegd op 28 dagen. Om eieren vers te houden, is het het beste om ze in de koelkast te bewaren. Door hun poreuze schil, nemen ze echter wel heel snel geurtjes aan van andere levensmiddelen, dus houd ze uit de buurt van de knoflooksaus. Het is redelijk eenvoudig om te zien of een ei vers genoeg is. Eieren hebben namelijk een vlies tussen de schil en de binnenkant van het ei. Ieder ei heeft ook een luchtkamer. Als het ei ouder wordt, wordt deze kamer groter. Wanneer je een ei in het water legt, gaat het ei met de stompe kant naar boven drijven. Schudden geeft ook informatie over de versheid. Bij een ei wat pas gelegd is, is het eiwit nog stevig. Als het ei geschud wordt, hoor je niets. Bij een ouder ei hoor je de inhoud bewegen in de schil.

Op een paastafel mag een gekookt eitje niet ontbreken. Breng het ei met koud water aan de kook. Een zacht ei kan na 3 á 4 minuten uit het water gehaald worden. Voor een halfzacht ei is de kooktijd 5-6 minuten en een ei is hard bij ongeveer 8 minuten. Eventueel kan het ei in geprikt worden, om te voorkomen dat er tijdens het koken een deukje in het ei komt. Dat deukje ontstaat doordat de lucht in de luchtkamer warm wordt en wil ontsnappen. Als het eiwit gestold is, duwt die de lucht door de poriën naar buiten, maar dan is er al wel een deukje ontstaan. Als je eerst een gaatje prikt, is de lucht al uit het ei. Overigens barst de schil dan ook minder snel.
Wanneer er een gevuld ei op het menu staat, wacht altijd het lastige klusje om het ei van de schil te ontdoen. Een ei van een week oud is makkelijker te pellen, dan een vers ei. Snel een eitje pellen? Doe het ei in een glas wat half gevuld is met water en schud het glas een paar keer op en neer. Voilà de schil laat makkelijk los. Wel met één hand het glas afdekken anders wordt het een smeerboel en begint het eieren zoeken al op tijd. En tot slot een trucje om te zorgen dat je tijdens het paasontbijt bij het eitje tikken door een pestkop niet verrast wordt met een rauw ei. Laat het ei over de tafel rollen. Een rauw ei zal wiebelen en een gekookt ei zal gewoon rollen.
Column door: Stephanie Slot
Voedingsdeskundige en menu-engineer bij Distrivers
Auteur: Miranda Muis
Goede voornemens
Gezonder leven staat met stip op de eerste plaats (71%) van de goede voornemens. Strava (een social media community van atleten) heeft onderzocht dat 12 januari de datum is waarop de meeste mensen hun goede voornemens aan de wilgen hangen. Slechts 8% van de mensen bereikt overigens het uiteindelijk voorgenomen doel. Aan het andere eind van dit spectrum staat ondervoeding.
Gemiddeld is één op de vier tot vijf patiënten in ziekenhuizen, zorginstellingen en de thuiszorg ernstig ondervoed. Uit de rapportage Landelijke Prevalentiemeting Zorgproblemen (LPZ) blijkt dat in verpleeghuizen ongeveer 25% van de bewoners ondervoed is en dat ongeveer 40% van de bewoners in een matige voedingstoestand verkeert. Percentages klinken mooi, maar spreken niet altijd tot de verbeelding. Uitgaande van de cijfers van 2018, betekent het concreet dat er zo’n 29.000 mensen in verpleeghuizen ondervoed zijn.
Ondervoed; wanneer ben je dat?
De definitie van ondervoeding is: een lichaamstoestand die wordt veroorzaakt door een tekort aan inname of opname van voeding resulterend in een veranderde lichaamssamenstelling (verminderde vetvrije massa) en lichaamscelmassa, met als gevolg een verminderd fysiek en mentaal functioneren en een slechtere klinische uitkomst van ziekte. Wanneer je niet helemaal ingewijd bent in de materie, is dit een zin die je wel een paar keer moet lezen voordat het helemaal duidelijk is. Kort door de bocht wil het zeggen dat niet enkel het feit dat iemand afvalt of ‘mager’ is, betekent dat deze persoon ondervoed is. Er wordt naar meerdere factoren gekeken om de diagnose ondervoeding te kunnen stellen. Soms ligt er een ziekte of comorbiditeit (tegelijk voorkomen van twee of meer aandoeningen) ten grondslag aan ondervoeding. Daarnaast zijn er nog diverse andere oorzaken zoals: verminderd dorstgevoel, een slecht passend gebit, misselijkheid door medicijngebruik, verminderde eetlust en soms vergeet men ook te eten door een afnemend geheugen.
Complex geheel
Deze complexiteit maakt dat ondervoeding als diagnose wel eens gemist wordt. Dat is begrijpelijk, maar op zijn zachtst gezegd jammer. Ondervoeding heeft namelijk een grote impact op de conditie bijvoorbeeld door:
- onnodig verlies van spiermassa
- trager herstel bij ziekte
- verwardheid
- complicaties zoals decubitus (doorligplekken)
Een ondervoede cliënt/patiënt kan hierdoor in een neerwaartse spiraal terecht komen, waardoor er (nog) minder gegeten wordt en de voedingstoestand verder verslechtert. Behalve dat het effect heeft op de gezondheidstoestand en levenskwaliteit van de patiënt, kost ondervoeding de maatschappij ook veel geld. De totale maatschappelijke kosten van ondervoeding in de gezondheidszorg worden geschat op 1,8 miljard euro per jaar!
Door ondervoeding moeten mensen vaker geopereerd worden, herstellen ze langzamer en hebben ze eerder last van doorligwonden. Wanneer je ondervoeding behandelt levert iedere euro die je er in steekt €1,90 – €4,20 op.

Op weg naar de behandeling van ondervoeding
In 2018 is er een wereldwijde consensus bereikt om de diagnose ondervoeding te kunnen stellen. Het screenen op ondervoeding gebeurt door middel van een zogenaamd gevalideerd instrument zoals onder andere SNAQ 65+ (Short Nutritional Assement Questionnair) of MUST (Malnutrition Universal Screening Tool). Wanneer de uitkomst is dat de betreffende cliënt een verhoogd risico heeft op ondervoeding, volgt een tweede stap. Hierbij wordt gekeken of er sprake is van onbedoeld gewichtsverlies, een laag BMI en/of verminderde spiermassa in combinatie met de onderliggende oorzaak (zoals ziekte, verminderde inname/opname voeding). Dit leidt uiteindelijk tot een diagnose. Na de diagnose volgt het beoordelen van de voedingstoestand waarna een behandelplan opgesteld kan worden. Het screenen op en behandelen van ondervoeding, maakt deel uit van de prestatie indicator voor de zorg. Deze kwaliteitsindicatoren meten de mate waarin patiënten systematisch bij opname worden gescreend op ondervoeding en ondervoede patiënten tijdig en op adequate wijze worden behandeld.
De aanpak van ondervoeding hangt in sterke mate samen met de achterliggende oorzaak. Wanneer patiënt/cliënt een ziekte heeft waarbij opname van voedingsstoffen verstoord is, zoals bijvoorbeeld bij de ziekte van Crohn het geval kan zijn, vergt dit een andere aanpak dan een slecht passend gebit of beginnende dementie. Daarnaast verschilt de totale energie- en eiwitbehoefte natuurlijk ook per individu. Algemeen kan wel gesteld worden, dat gestreefd moet worden naar voldoende inname van eiwit (1,2-1,5 g/kg), energie en micronutriënten. Daarbij is beweging en het verhelpen van aan voeding gerelateerde klachten van belang om de neerwaartse spiraal te doorbreken.
Sim-Sa-La- ….. Eiwit
Eiwit is bij ondervoeding het toverwoord. Heel veel van onze voedingsmiddelen bevatten eiwitten zoals vlees, zuivel, ei en noten. De ene soort eiwit is echter de andere niet. Er zit met name verschil in de mate van verteerbaarheid en de aanwezigheid van essentiële aminozuren (die kan het lichaam zelf niet maken). Hoe hoger de verteerbaarheid en aanwezigheid van deze aminozuren hoe hoogwaardiger het eiwit. Hoe hoogwaardiger het eiwit, des te beter de zogenaamde anabole respons (verschil tussen eiwit aanmaak en eiwit afbraak in het lichaam). Dierlijke eiwitten zijn hoogwaardiger dan plantaardige. Dat betekent dat als je weinig dierlijke eiwitten tot je neemt, je meer eiwitten moet eten om toch voldoende essentiële aminozuren binnen te krijgen.
In het figuur hiernaast is de groei van een eiwit zichtbaar gemaakt. De inhoud van het vat (waterniveau) staat voor maximale groei. De laagste plank (lysine in dit geval) in het vat bepaalt het maximale niveau en dus de groei. Peulvruchten bevatten bijvoorbeeld niet alle essentiële aminozuren, maar door goede combinaties met bijvoorbeeld granen te maken vullen ze elkaar goed aan). Bij een gewicht van 70 kilo en verhoogde eiwitbehoefte moet er per dag zo’n 105 gram eiwit gegeten worden. Voor de warme maaltijd komt dit neer op 36 gram eiwit. Bij een normale portie (±430 gram), levert een maaltijd (inclusief dessert) tussen de 21- 32 g eiwit. Wanneer er ook nog eens sprake is van verminderde eetlust, is het een behoorlijke klus om aan de totaal benodigde hoeveelheid eiwit te komen.

Voeding als medicijn
In het verleden werd er direct naar medische voeding gekeken. Medische voeding is over het algemeen drink- of sondevoeding die voorgeschreven wordt door een arts of diëtist. Deze voeding levert snel de benodigde hoeveelheid energie, hoogwaardige eiwitten en is tevens uitgebalanceerd qua micro nutriënten. Nadeel van deze voedingen is dat niet iedereen ze lekker vindt en de prijs per verstrekking vaak hoger is dan die van reguliere eiwitbronnen.
Sinds ondervoeding meer onder de aandacht is gebracht, zijn er ook tal van ‘gewone’ producten verkrijgbaar met een hoog eiwit gehalte. Het voordeel van deze producten ten opzichte van de speciaal voedingen is dat ze makkelijk tussendoor te geven zijn, voor de consument herkenbaar zijn en de smaakwaardering is vaak hoog. In de webshop van Distrivers onder het kopje ‘Inspiratie -> Eiwitrijk’, is een groot aantal eiwitrijke producten te vinden.
Column door: Stephanie Slot
Voedingsdeskundige en menu-engineer bij Distrivers
Meld je aan voor onze nieuwsbrief
Blijf automatisch en vrijblijvend op de hoogte van al onze ontwikkelingen en nieuws.